Wilnis, woensdag 11 januari 2012
Het is een graad of acht en behoorlijk regenachtig. Geen vismaat beschikbaar dus in mijn uppie.
Eerst maar bij de villa proberen, daar liggen meestal wel een paar snoekjes.
De baitcaster opgetuigd met als eerste de geelrode konijnenbonte streamer, dit ding gooit voortreffelijk omdat het bont veel water opneemt, in het water zweeft dit aas verleidelijk langzaam vooruit. Het verleiden gaat niet soepel dus de Pakolepel geprobeerd maar... geen aanbeten. Ik ga verkassen richting Portengen de sloot langs de weg, soms lastig door voorbij rijdend verkeer. Maar snoek zit hier zeker met genoeg schuilplaats voor witvis dus ook voor roofvis. Nadeel is, de sloot is vrij smal en ondiep, je kunt niet alles hebben.
Ik vis weer met het konijnenbontje en na drie worpjes is het raak, de meeste aanbeten krijg je onder of vlak langs de bruggetjes die in ruime mate aanwezig zijn. Het snoekje is niet groot maar het is vis.
Zo, de eerste is binnen. Ik probeer mijn andere favorietje, de geel met zwart gestreepte Rapala Jointed
Een flink stuk afvissend zonder aanbeet, ik verkas richting Portengen, het laatste stukje sloot voor de provinciale weg. Ook hier altijd snoek, dus ook vandaag, de eerste worp een losschieter. Maar al snel een tweede aanbeet, een gulzig maatsnoekje, de plug is nauwelijks meer te zien. Opgewekt vis ik verder maar krijg geen aanbeten meer dus..verkassen dan maar.
Ik besluit richting Wilnis te rijden naar de Wilnisse Zuwe, een mooie wetering, in het voorjaar favoriet voor paaiende karper. Het brugje over de weg is een goede stek, hier trekt het water een beetje. Ik start weer met het konijntje, daarna de Pako, een klein koperkleurig spinnertje, een zwarte en de baarskleurige Rapala. Resultaat; nix. Er stopt een dametje op de fiets, dag meneer, heeft u al iets gevangen? Ik moet deze vraag bevestigend beantwoorden. Goh wat leuk zegt het dametje en wat heeft u gevangen? Snoek zeg ik, waren ze groot vraagt het dametje. Wat vindt u groot vraag ik. Ze wijst 20 cm aan, nee zeg ik naar waarheid, veel groter. Het dametje kijkt verbaasd. Waarom bent u zo groen? vraagt het dametje, nu kijk ik verbaasd, wat zal ze bedoelen. Ik ben natuurlijk een groentje op velerlei gebied maar om dit nu zo direct onder mijn neus te wrijven. Uw kleding bedoel ik zegt het dametje en hoort het petje er ook bij?. Bent u soms ook padvinder?, nee zeg ik wat kortaf, ik begin er genoeg van te krijgen. Ze is echter nog niet klaar, Hebt u het niet koud?, vraagt het dametje. Er zit zeker bont in uw laarzen stelt het dametje vast. Ja zeg ik. Het dametje klimt weer op de fiets, ik ga maar weer verder zegt ze, ik kom straks nog wel een keertje langs. Ik verheug me nu al. Daaag, ze zwaait. Ondertussen bijt de snoek voor geen meter, er wordt wel gejaagd. Waaiers van kleine vis met daartussen een flinke kolk, het kunstaas wordt niet gepakt. Ik nok af en probeer de sloot langs de Bovendijk met de dwarssloot langs het hondenpension. Verleden jaar pakt ik hier met de vliegenhengel 4 mooie snoeken in nog geen uur tijd.
Ik start weer met het konijn, prima aas voor deze ondiepe sloot. Op de kop van de Veldwetering knalt er een snoek op en het is nog een aardige ook. Bij het onthaken zie ik dat het dier een blind oog heeft, gelukkig zwom de streamer aan de andere kant van zijn kop. Goed, het wordt al aardig laat en Ik moet nog wat doen, even kaas kopen bij de kaasboerdrij en rozen kopen voor mijn lief.
Leo Niessen