De levenscyclus van de zalm begint en eindigt in de paaigebieden stroomopwaarts, in ondiepe grindbeddingen, in zijbeekjes, in november en december.
Eenmaal in het paaigebied graaft het vrouwtje kuilen van drie tot vier meter lang en twintig centimeter diep. Ze zet haar kuit af en het mannetje spuit de hom er over heen. De eitjes komen maanden later uit. De jonge zalmpjes groeien in dit zoete water op. Hier, in de warme voedselrijke Roer, zijn de meeste zalmpjes na twee jaar groot genoeg om naar zee te trekken. Maar slechts een klein gedeelte overleeft het eerste levensjaar. Van de 80 duizend zalmpjes die elk voorjaar worden uitgezet in de Roer en de Eifel-Roer in Duitsland, zwemt 6 tot 8 procent werkelijk naar zee.
Sockeye zalm
Op de rivieren waar de wilde zalm nog niet is uitgestorven, liggen die percentages nog lager. De zalm is zowel zoet-als zoutwatervis. Eenmaal in zee gaan ze naar de wateren bij Groenland, IJsland of de Faeröer.
Ze leven daar een, twee of drie jaar, afhankelijk van de hoeveelheid vet die ze opbouwden. Daarna keren ze weer terug naar het zoete water om te paaien. Ze gaan terug naar hun eigen geboorterivier. Dit verschijnsel heet homing. Hoe ze hun weg terugvinden, staat nog altijd niet helemaal vast. Ze worden wel vergeleken met postduiven; Ergens in de hersenen van de zalmen zit een orgaantje van kristal dat reageert op aardmagnetische velden. Je kunt zeggen dat ze een kompas hebben.
Geur speelt ook een rol. Eenmaal weer in zoet water herkent de zalm de kenmerkende geur van zijn geboortebeek. De volwassen zalmen die hier uiteindelijk voorbijkomen, noemen we ook wel kerkhofzalmen. Ze paaien op de plek waar ze zelf zijn geboren en sterven dan.
Er zijn uitzonderingen, sommige afgepaaide vrouwtjes zoeken opnieuw de weg naar zee.
Chum zalm
Toen de waterkrachtcentrale in Roermond werd gebouwd, vijftien jaar geleden, bleek al snel dat er zalmen voor de centrale lagen die er niet door konden. Ze sprongen tegen de muren van de turbine op.
Wij, een aantal sportvissers, hebben er toen een paar gevangen met een beschadigde kop. Mede vanwege de beelden daarvan zijn er toen vispassages aangelegd. Aan de westkant van de centrale kunnen we nu zien hoeveel jonge zalmen richting zee trekken, aan de oostkant is een vangkooi. De volwassen zalmen die stroomopwaarts trekken komen hierin terecht.
We brengen ze naar een kwekerij in België. Want de paaiplaatsen in Duitsland zijn nog altijd vrijwel onbereikbaar. Er zijn nog teveel obstakels. De jonge zalmpjes die uit de eitjes komen, zetten we uit in beken. We vangen de adulte zalmen ook om de garantie te hebben dat die uitkomen van 'onze' zalmen. Ze ontwikkelen na verloop van tijd een genetische voorkeur voor de Maas en de Roer. Ze worden in feite genetisch omgeturnd tot maaszalmen.
Het doel
Het doel is natuurlijk dat er uiteindelijk weer natuurlijke paai plaatsvindt.
Wij hebben de indruk dat dit al is gelukt, hier in Nederland zelfs, net voor de grens bij Vlodrop. We hebben er al eens jonge zalmpjes aangetroffen, op plekken waar geen eitjes waren uitgezet. En we hebben hier aftgepaaide zalmen gevangen, die weer richting zee trokken. Het kan zijn dat ze via de andere verbinding, via een beek, de bovenloop van de roer hebben bereikt. Het zijn kleine, hoopvolle signalen.
In 2018 wordt het spannend, als de Haringvlietsluizen op een kier gaan. Dan wordt het voor zalmen veel gemakkelijker om de Nederlandse rivieren te bereiken. Dan moeten ook in Duitsland alle obstakels zijn weggewerkt. Maar goed, zover is het nog niet. Realiteit is nu dat elke zalm die er in slaagt zijn levenscyclus te voltooien, elke volwassen zalm die Roermond haalt, een wereldprestatie levert.
Thijs Belgers secretaris van de visstandbeheercommissies Roerdal. bron: volkskrant.